Terugdringen van het groeiend aantal zwaargewonden en doden door ongelukken met zelfgemaakte vuurwerkbommen.

Vuurwerkbommenmakers (voornamelijk jongeren tot 25 jaar).

Voor vuurwerkbommenmakers geldt: hoe groter de bom, hoe groter de kick. Waarschuwen voor de risico's heeft dus geen zin. Bovendien geldt: hoe meer (jongeren als) publiek, hoe hoger de sociale status. Het probleem: Bommenmakers zetten hun levensgevaarlijke praktijken ongestoord op internet en inspireren zo nog veel meer mensen tot dit soort gevaarlijke acties. Daarom dit jaar geen traditionele informatieve campagne maar de introductie van een opsporingsdienst: Task Force Opsporing Vuurwerk Bommenmakers. We vragen politie en Openbaar Ministerie erbij zodat we alle bommenmakers van Nederland één op één op de huid kunnen zitten én hun podium ook echt kunnen afbreken.

In 2 maanden tijd sporen we 500 bommenmakers op. Op hun YouTube kanaal ontvangen zij een gepersonaliseerde waarschuwingsfilm en het verzoek de film te verwijderen. Het merendeel (65%) doet dit direct. Van de overigen achterhalen we het thuisadres en sturen een brief. Bij geen gehoor komt politie en EOD in actie. Via Opsporing Verzocht sporen we een paar invloedrijke bommenmakers op. Dit leidt tot spraakmakende aanhoudingen. Nieuws rond de Task Force is twee maal trending topic. Alle grote journaals, radiozenders en kranten berichten meerdere malen over de online opsporing. Met al deze free publicity maken we ook ouders extra oplettend. Het resultaat: de één op één aanpak met zeer beperkt budget, schrikt bommenmakers af, zo blijkt uit honderden reacties aan de Task Force en op fora. De podia van de bommenmakers op internet worden effectief afgebroken en er worden amper nieuwe films geplaatst. Maar het belangrijkste; het aantal slachtoffers lijkt gedaald (nog niet definitief) en er vallen dit jaar geen doden door zelfgemaakte vuurwerkbommen.